Ontmoeten, aandacht, elkaar scherp houden, betrokkenheid bij de wereld en bij elkaar, verdieping en bezinning.

Stiltewandeling 29 juni 2022

Ha stiltewandelaars en gedichtenlezers,

We waren maar met z’n drietjes, maar wie niet kon komen heeft een schitterende ochtend gemist!

Weelderige weilanden, grassen in allerlei tinten waarin witte plekken oplichtten van moerasspirea, de bomen frisgroen en vol blad, zon en een windje.

We lazen een gedicht van Frank Eerhart:

 

roes

dromen van stilte
van tijd zonder wijzer
van vogels in bomen
gezang

je waant je in eden
tuin van verleden
het kan nog verander
verlang

Frank Eerhart

Uit: ’uitzien’, eigen beheer, 2020

 

We bleken de accenten bij het voorlezen van het gedicht verschillend te kunnen leggen. Dan ontstonden er gelijk andere betekenissen.

Vooral in de eerste regel. Maak je even een rust na “dromen” of lees je direct door, vat je “dromen” op als werkwoord of als zelfstandig naamwoord, het maakt nogal wat uit.

Het leek ons dat het gaat om een reeks dingen waarvan je droomt. Heel persoonlijk ervaren.

“van stilte “, “van tijd zonder wijzer”, “van vogels in bomen”, “gezang”.

 

Eén van de stiltewandelaars vond het gedicht de eerste keer dat hij het hoorde voorlezen een beetje puberaal. Waanzinnig positief, een droomgedicht.

Waanzinnig, gezien de vele crises die we meemaken in Nederland en vooral verder weg. We spraken in de auto op de heenweg al over de crisis die de boeren ondervinden en hoe ze bij velen hun krediet verspelen door de wijze van hun protest. Maar toch, een veel erger crisis is de oorlog in Oekraïne, de honger in Mali, de jarenlange, uitputtende burgeroorlog in Jemen en de vreselijke hongersnood en ziekten die daar het gevolg van zijn.

 

En dan gaan wij met dit gedicht mee een beetje zoetig zitten dromen van stilte en de tuin van eden?

Dezelfde wandelaar zei dat hij zijn mening over het gedicht grondig moest bijstellen toen hij de regel “het kan nog verander” nog eens hoorde. Hij vond het de mooiste regel van het gedicht, de wending in het gedicht.

Het blijkt volgens hem door deze zin toch geen ’overdreven blij beeld’. Het ís er niet, je droomt er alleen van, maar het kan nog veranderen.

De tweede stiltewandelaar vulde aan dat de dichter/dromer in de tweede strofe niet voor niets meldt “je waant je in eden”, je waant! Een waan is een valse voorstelling, verklaarde hij.

 

Je bént dus niet in het paradijs, je waant je erin in je droom. Het ís er niet, je verlangt en zou het willen bereiken.

De mooiste zin van de eerste wandelaar “het kan nog verander” kun je op twee manieren lezen: het kán nog verander, en, het kan nóg verander.

In de versie van nóg is er nog een lijntje met dat verleden, met die ”tuin van verleden”. Het is er nóg! Als je maar goed kijkt en opmerkzaam bent. Het wilt zien. Dan merk je dat die tuin er nog steeds kan zijn: tuin van heden!

De wandelaars memoreerden een bijzondere plek tijdens de wandeling: in een groot veld met graanachtige grassen stond één klaproos. Als illustratie van dat het kan en er ís.

Ik dacht in dit verband aan de titel van een boekje van Huub Oosterhuis “Zien soms even”.

 

De dichter spoort de lezer aan te blijven verlangen. Ook in eerdere wandelingen spraken we over het verlangen. Zonder verlangen geen beweging.

 

En dan nog de titel “roes”.

Je kunt het droomgedeelte van het gedicht, de eerste zes regels, heel vloeiend in een keer doorlezen als in een roes. Als je in een roes leeft, leef je welbeschouwd nogal buiten de werkelijkheid, in een waan, of juist in een soort flow. Dat past bij dat ‘waanzinnig blije’ waar de eerste wandelaar zich aan stoorde gezien de toestand in de wereld.

 

In de daarop volgende regels word je juist weer bepaald bij hoe het er werkelijk aan toe is in de wereld. In je roes waande je je in “eden”, maar dat is “tuin van verleden”.

En dan volgen de hoopvolle zinnen over het veranderen en verlangen. En blijkt het gedicht een liedje van verlangen. Een verlangen dat niet irreëel is: het kán!

 

Lieve stiltewandelaars, lezers van gedichten en van deze verslagen,

De komende maanden zijn er geen stiltewandelingen. We gaan woensdag 21 september weer verder. Lopen jullie dan weer mee?

Wees welkom, ook als je al een tijd(je) niet hebt meegelopen of als het ritme er door de coronajaren een beetje is uitgeraakt!

 

Hartelijke groet en mooie zomer!

Berta van der Kolk